Publicatie

Publicatie datum

Naar een toekomstbestendige nazorg bij kanker: is er ruimte voor een grotere rol van de eerste lijn?

Heins, M., Kloek, C., Francke, A., Sinnige, J., Swinkels, I., Korevaar, J., Jong, J. de. Naar een toekomstbestendige nazorg bij kanker: is er ruimte voor een grotere rol van de eerste lijn? Utrecht: NIVEL, 2016. 66 p.
Download de PDF
Deze kennissynthese laat zien dat er ruimte is voor een grotere rol voor de eerste lijn bij de nazorg voor kanker, maar ook dat er twee belangrijke drempels te overwinnen zijn: alle partijen (patiënten, eerstelijns zorgverleners, specialisten, zorgverzekeraars) moeten voldoende vertrouwen hebben dat eerstelijns zorgverleners nazorg bij kanker op een veilige manier kunnen uitvoeren. Daarnaast zal er tijd en geld moeten komen voor de extra zorg in de eerste lijn.
<strong>Waarom een grotere rol voor de eerste lijn?</strong>
Er is steeds meer vraag naar nazorg bij kanker. Dit komt doordat steeds meer mensen kanker krijgen en deze ziekte overleven. Hierdoor zal de komende jaren de druk op de tweede lijn toenemen. Een van de mogelijke oplossingen om de druk op de tweede lijn te verlichten is om de eerste lijn een grotere rol te laten spelen. In deze kennissynthese onderzoeken wij of er ruimte is voor een grotere rol voor de eerste lijn bij de nazorg bij kanker en welke knelpunten er hierbij spelen.
<strong>Vertrouwen en verandering in financiering nodig</strong>
Samenvattend is er ruimte voor een grotere rol voor de eerste lijn, maar moeten twee belangrijke drempels weggenomen worden. De eerste is een gebrek aan vertrouwen in de deskundigheid van eerstelijns zorgverleners op het gebied van nazorg bij kanker. Vertrouwen kan worden vergroot door specifieke bijscholing voor eerstelijns zorgverleners te ontwikkelen of tweedelijns oncologieverpleegkundigen in de eerste lijn in te zetten. Als ook nacontrole in de eerste lijn plaatsvindt moeten er duidelijke, wetenschappelijk onderbouwde protocollen komen. Ook is nauwe samenwerking tussen eerste en tweede lijn essentieel, zodat eerstelijns zorgverleners bij vragen snel bij een specialist terecht kunnen en specialisten op de hoogte blijven van de lange-termijn effecten van de behandeling.
De tweede drempel heeft te maken met tijd en geld. Een grotere rol van de eerste lijn vraagt extra tijd van eerstelijns zorgverleners. Die extra tijd zal betaald moeten worden en er zal ruimte voor gemaakt moeten worden. Dit laatste zou kunnen door het aantal patiënten binnen een praktijk te verkleinen. Er zijn dan wel meer huisartsen nodig. Ook zouden praktijkondersteuners of verpleegkundigen taken van huisartsen kunnen overnemen. De grotere rol van de eerste lijn moet wel samengaan met lagere kosten in de tweede lijn. Er moeten dus duidelijke criteria komen voor de vergoeding van tweedelijns nazorg. Ook zijn er nieuwe vormen van financiering nodig.
Kortom, het vergroten van de rol van de eerste lijn bij de nazorg bij kanker is niet van vandaag op morgen gerealiseerd. Het is daarom belangrijk om nu al beleid op dit gebied in te zetten, zodat de kwaliteit van de nazorg bij kanker ook in de toekomst gewaarborgd blijft.
Hoe denken de verschillende partijen over de rol van de eerste lijn
De verschillende partijen hebben hun visie gegeven over de rol van de eerste lijn. Die visies leveren nog geen eenduidig beeld op over de meest optimale rol en de inrichting van de nazorg bij kanker.
<strong>Patiënten: ‘Nazorg liefst in tweede lijn’</strong>
Patiënten hebben op dit moment een voorkeur voor nazorg in de tweede lijn. Zij denken dat huisartsen te weinig ervaring en kennis hebben om een grotere rol bij de nazorg te spelen. Toch zijn patiënten wel tevreden over de huidige zorg rond kanker die al door eerstelijns zorgverleners wordt verleend. Wat volgens patiënten nog moet verbeteren is dat zorgverleners beter moeten samenwerken en elkaar op de hoogte moeten houden. Dit kan bijvoorbeeld door het ziekenhuisdossier zichtbaar te maken voor de huisarts. Wanneer veel zorgverleners betrokken zijn zou er een vast aanspreekpunt ingesteld moeten worden.
<strong>Huisartsen: ‘Grotere rol onder voorwaarden’</strong>
Huisartsen willen een grotere rol spelen bij de nazorg bij kanker. Ze hebben daarbij wel een aantal randvoorwaarden waaraan voldaan moet worden. Een grotere rol leidt tot verdere verhoging van hun werkdruk; dit moet gecompenseerd worden. Dat kan bijvoorbeeld door kleinere praktijken of het verschuiven van taken naar de praktijkondersteuner. Verder geven huisartsen aan dat zij op dit moment te weinig kennis en ervaring hebben. Oncologische nazorg zou een (grotere) plek in de opleiding en nascholing moeten krijgen. Ook zouden voor veelvoorkomende kankersoorten richtlijnen voor huisartsen ontwikkeld moeten worden.
<strong>Eerstelijns verpleegkundigen en fysiotherapeuten: ‘Coachende rol’</strong>
Verpleegkundigen zien zichzelf als spin in het web van alle betrokken zorgverleners en als coach voor de patiënt. Ook fysiotherapeuten zien een coachende rol voor zichzelf, vooral op het gebied van gezond bewegen en het op peil houden/brengen van de lichamelijke conditie. Fysiotherapeuten vinden dat er nog te weinig naar hen wordt doorverwezen. Er zou daarom een verwijsgids oncologie moeten komen. Ook zouden eerstelijns verpleegkundigen en fysiotherapeuten opgenomen moeten worden in oncologische richtlijnen.
<strong>Specialisten: ‘Nazorg hoort in tweede lijn’</strong>
Specialisten hebben op dit moment een voorkeur voor nazorg in de tweede lijn. Als grootste knelpunt zien zij gebrek aan kennis en ervaring bij huisartsen en gebrek aan draagvlak onder patiënten. Zij geven aan dat ze zelf een rol kunnen spelen in de nascholing van huisartsen. Specialisten zijn tevreden over de huidige samenwerking met huisartsen. Samenwerking zou nog kunnen verbeteren door een apart telefoonnummer voor overleg met specialisten en het elektronisch delen van medische dossiers.
<strong>Zorgverzekeraars: ’Grotere rol eerste lijn mits kostenbesparing’</strong>
Zorgverzekeraars zijn positief over een grotere rol van de eerste lijn bij nazorg bij kanker. Zij financieren al projecten waarin verschillende vormen van nazorg in de eerste lijn uitgeprobeerd worden. Het blijkt echter lastig om deze projecten na afloop breder uit te rollen. Een ander knelpunt is dat zorgverzekeraars als voorwaarde stellen dat verschuiving van zorg naar de eerste lijn leidt tot minder kosten in de tweede lijn. Hiervoor zijn nieuwe manieren van financiering van nazorg nodig.
<strong>Methode: toelichting aanpak</strong>
De resultaten van deze kennissynthese zijn gebaseerd op de bestaande literatuur op het gebied van nazorg bij kanker in de eerste lijn. Om een zo volledig mogelijk beeld te geven zijn daarnaast eerstelijns zorgverleners, patiënten, specialisten en vertegenwoordigers van zorgverzekeraars ondervraagd over hun visie op dit gebied. Vervolgens zijn via een online discussie de implicaties van de gevonden resultaten besproken met beleidsmakers, zorgverleners en vertegenwoordigers van patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars. (aut. ref.)