Deze pagina bevat de 16 triggers voor het eerste fase dossieronderzoek in de GGZ.
SAVE: Triggerlijst GGZ
Voor iedere trigger zijn een aantal specifieke in- en exclusie criteria die ondersteunen in de keuze of in een dossier iets wel/niet getriggerd moet worden. Om dossieronderzoek uit te kunnen voeren, dienen verpleegkundigen in twee dagdelen getraind te worden door een ervaren trainer. Voor meer informatie kunt u contact met ons opnemen.
- Blijvende of tijdelijke fysieke schade opgelopen door de cliënt tijdens indexopname.
- Schade opgelopen door de cliënt als gevolg van agressie en/ of ander grensoverschrijdend gedrag van én naar zichzelf, medepatiënten, personeel, anderen of materieel.
- Toepassing dwangmiddelen of dwangmaatregelen tijdens indexopname.
- Verkeerd voorschrijven of toedienen van medicatie door een medewerker.
- Verkeerd gebruik van medicatie door de cliënt
- Onbedoelde reactie op een geneesmiddel
- Aanvankelijk niet geconstateerde somatische aandoening of onverwachte verergering van klachten als gevolg van een reeds bekende somatische aandoening tijdens de indexopname.
- Complicaties zenuwstelsel en (andere) fysieke complicaties.
- Complicaties in de zorgverlener-patiëntrelatie.
- Aanvankelijk onvoorziene en ongeplande overplaatsing binnen de instelling naar een afdeling of ruimte met intensievere zorg of controle.
- Aanvankelijk onvoorziene en ongeplande overplaatsing naar een algemeen ziekenhuis of andere instelling in de GGZ/VZ na onverwachte verslechtering van de cliënt.
- Niet passend verlof of ontslag
- Suïcide of suïcidepoging tijdens indexopname of binnen 3 maanden na ontslag.
- (Onverwacht) overlijden
- Iedere uiting van ontevredenheid over de zorg, al dan niet uitmondend in een juridische claim of klachtprocedure, hetzij overwogen, hetzij feitelijk.
- Alle andere ongewenste uitkomsten die hierboven niet worden genoemd.