Coordinator research program Communication in Healthcare; endowed professor 'Communication in healthcare, especially in primary care', Radboud University, the Netherlands
Publicatie
Publication date
Communicatiebehoeften van patiënten met kanker bij aanvang van een behandeling met chemotherapie: een onderzoek naar de rol van curatief of palliatief behandeldoel, leeftijd en geslacht.
Koerten, C. van, Feytens, M., Jansen, J., Dulmen, S. van, Weert, J. van. Communicatiebehoeften van patiënten met kanker bij aanvang van een behandeling met chemotherapie: een onderzoek naar de rol van curatief of palliatief behandeldoel, leeftijd en geslacht. Verpleegkunde: 2011, 26(1), p. 4-12.
Download the PDF
Doel: In dit onderzoek is nagegaan welke verschillen er zijn in communicatiebehoeften tussen patiënten die curatieve dan wel palliatieve chemotherapie ondergaan, jongere en oudere patiënten en mannen en vrouwen. Methode: 342 Nederlandse patiënten met kanker (18-84 jaar oud) uit tien ziekenhuizen die recentelijk voor de eerste keer chemotherapie ondergingen, hebben een vragenlijst ingevuld, bestaande uit sociodemografische en ziektespecifieke achtergrondkenmerken en de 'QUOTEchemo-Importance' (QUality Of communication Through the patients' Eyes). De QUOTEchemo-Importance bevat 67 items en is ontwikkeld om communicatiebehoeften rondom een behandeling met chemotherapie te meten. Resultaten: Patiënten die een curatieve behandeling met chemotherapie krijgen, hebben bij aanvang van de behandeling meer behoefte aan informatie over 'werking van chemotherapie', 'omgaan met klachten', informatie die 'persoonlijk afgestemd' is op de specifieke situatie van de patiënt, communicatie over 'coping', ofwel omgaan met de ziekte en de behandeling, en 'affectieve communicatie' dan patiënten die een palliatieve behandeling ondergaan. Leeftijd en geslacht blijken van invloed te zijn op de communicatiebehoeften. Patiënten jonger dan 65 jaar hebben meer behoefte aan informatie over 'omgaan met klachten' en 'coping communicatie' dan patiënten ouder dan 65 jaar. Vrouwen hebben meer behoefte aan informatie over de 'werking van chemotherapie', 'coping communicatie' en 'affectieve communicatie' dan mannen. De verschillen zijn significant, maar in het algemeen klein. Conclusie: Concluderend wijzen de resultaten op verschillen in communicatiebehoeften tussen patiënten die een curatieve en die een palliatieve chemotherapiebehandeling ondergaan. De verschillen zijn deels toe te schrijven aan verschillen in leeftijd en geslacht. Aanbevolen is nader onderzoek te doen naar verschillen in communicatiebehoeften tussen patiënten die een curatieve en die een palliatieve behandeling krijgen in relatie tot factoren zoals de objectieve gezondheidsstatus en de verwachte levensduur. (aut.ref.)