Senior researcher Patient-centered Care
Publicatie
Publication date
Dementiemonitor Mantelzorg 2018: mantelzorgers over ondersteuning, zorg, belasting en de impact van mantelzorg op hun leven.
Heide, I. van der, Buuse, S. van den, Francke, A.L. Dementiemonitor Mantelzorg 2018: mantelzorgers over ondersteuning, zorg, belasting en de impact van mantelzorg op hun leven. Utrecht: Nivel, 2018. 47 p.
Download the PDF
Door de dementie van hun naaste is het voor mantelzorgers vaak moeilijker om sociale contacten te onderhouden. Dit blijkt uit de Dementiemonitor Mantelzorg 2018 van het Nivel en Alzheimer Nederland. Mantelzorgers die deelnamen aan de monitor zijn tevreden over de geboden professionele zorg, maar ervaren vooral in instellingen een gebrek aan ‘vaste gezichten’.
Door de zorg voor een naaste met dementie hebben mantelzorgers minder tijd voor contacten met bijvoorbeeld familie en vrienden. Ze voelen zich relatief vaak eenzaam in vergelijking met mensen uit de algemene Nederlandse bevolking.
Mantelzorgers zorgen meer
De zorg voor de naaste met dementie kan zwaar zijn: 13% van de mantelzorgers voelt zich zeer zwaar belast of overbelast. Dit percentage is iets lager dan de 16% ‘overbelasten’ in 2016; het is even hoog als het percentage ‘overbelasten’ in 2013; en het percentage is hoger dan dat in 2011. De feitelijke zorgbelasting lijkt wel toegenomen ten opzichte van 2016: er zijn nu meer mensen die dag en nacht voor hun naaste zorgen. Ook wanneer de naaste in een zorginstelling woont verlenen mantelzorgers vaak meerdere uren per week zorg.
Weinig spontane hulp
Uit de Dementiemonitor Mantelzorg komt naar voren dat mantelzorgers in de meeste gevallen wel hulp durven te vragen aan (andere) familieleden, maar veel minder vaak aan vrienden en buren. Het komt weinig voor dat vrienden of buren spontaan hulp aanbieden.
Casemanagement noodzakelijk
Onder de deelnemers aan de Dementiemonitor Mantelzorg is casemanagement dementie, net als in 2016, de meest gebruikte vorm van ondersteuning. Mantelzorgers noemen casemanagement vaak noodzakelijk om de naaste zo lang mogelijk thuis te kunnen laten wonen. Toch is slechts de helft van hen gewezen op hun recht op casemanagement, dit was in 2016 ook zo. Wanneer de naaste met dementie wordt opgenomen in een zorginstelling, is casemanagement vaak nog steeds gewenst. Een kwart van de mantelzorgers bij wie het casemanagement stopte na de opname van hun naaste, vindt dit te vroeg.
Meer vast personeel nodig
Mantelzorgers zijn over het algemeen tevreden over de zorginstelling waarin hun naaste verblijft, maar zien wel ruimte voor verbetering. Ze ervaren, net als in 2016, een tekort aan personeel en een gebrek aan vaste ‘gezichten’. Er is behoefte aan zorgverleners die de persoon met dementie en diens achtergrond goed kennen. Dit zijn belangrijke verbeterpunten voor zorginstellingen.
Dementiemonitor Mantelzorg
Sinds 2005 voeren Alzheimer Nederland en Nivel tweejaarlijkse de Dementiemonitor Mantelzorg uit. Een recordaantal mantelzorgers (ongeveer 4500) vulden in 2018 de vragenlijsten voor de Dementiemonitor in. Terugkerende onderwerpen zijn zorgbelasting, ervaringen met en behoeften aan zorg en ondersteuning. Daarnaast zijn als nieuwe onderwerpen onder meer eenzaamheidgevoelens, volhoudtijd en ontspoorde mantelzorg in de vragenlijst van 2018 opgenomen.
Door de zorg voor een naaste met dementie hebben mantelzorgers minder tijd voor contacten met bijvoorbeeld familie en vrienden. Ze voelen zich relatief vaak eenzaam in vergelijking met mensen uit de algemene Nederlandse bevolking.
Mantelzorgers zorgen meer
De zorg voor de naaste met dementie kan zwaar zijn: 13% van de mantelzorgers voelt zich zeer zwaar belast of overbelast. Dit percentage is iets lager dan de 16% ‘overbelasten’ in 2016; het is even hoog als het percentage ‘overbelasten’ in 2013; en het percentage is hoger dan dat in 2011. De feitelijke zorgbelasting lijkt wel toegenomen ten opzichte van 2016: er zijn nu meer mensen die dag en nacht voor hun naaste zorgen. Ook wanneer de naaste in een zorginstelling woont verlenen mantelzorgers vaak meerdere uren per week zorg.
Weinig spontane hulp
Uit de Dementiemonitor Mantelzorg komt naar voren dat mantelzorgers in de meeste gevallen wel hulp durven te vragen aan (andere) familieleden, maar veel minder vaak aan vrienden en buren. Het komt weinig voor dat vrienden of buren spontaan hulp aanbieden.
Casemanagement noodzakelijk
Onder de deelnemers aan de Dementiemonitor Mantelzorg is casemanagement dementie, net als in 2016, de meest gebruikte vorm van ondersteuning. Mantelzorgers noemen casemanagement vaak noodzakelijk om de naaste zo lang mogelijk thuis te kunnen laten wonen. Toch is slechts de helft van hen gewezen op hun recht op casemanagement, dit was in 2016 ook zo. Wanneer de naaste met dementie wordt opgenomen in een zorginstelling, is casemanagement vaak nog steeds gewenst. Een kwart van de mantelzorgers bij wie het casemanagement stopte na de opname van hun naaste, vindt dit te vroeg.
Meer vast personeel nodig
Mantelzorgers zijn over het algemeen tevreden over de zorginstelling waarin hun naaste verblijft, maar zien wel ruimte voor verbetering. Ze ervaren, net als in 2016, een tekort aan personeel en een gebrek aan vaste ‘gezichten’. Er is behoefte aan zorgverleners die de persoon met dementie en diens achtergrond goed kennen. Dit zijn belangrijke verbeterpunten voor zorginstellingen.
Dementiemonitor Mantelzorg
Sinds 2005 voeren Alzheimer Nederland en Nivel tweejaarlijkse de Dementiemonitor Mantelzorg uit. Een recordaantal mantelzorgers (ongeveer 4500) vulden in 2018 de vragenlijsten voor de Dementiemonitor in. Terugkerende onderwerpen zijn zorgbelasting, ervaringen met en behoeften aan zorg en ondersteuning. Daarnaast zijn als nieuwe onderwerpen onder meer eenzaamheidgevoelens, volhoudtijd en ontspoorde mantelzorg in de vragenlijst van 2018 opgenomen.