Gezondheidscentra per 1 januari 1992.

Per 1 januari 1992 waren er in Nederland 161 gezondheidscentra, een minder dan in het voorgaande jaar. De groei van het aantal gezondheidscentra, die de afgelopen jaren steeds kleiner werd, lijkt nu tot stilstand gekomen. Van alle huisartspraktijken in Nederland is 3,4 procent gevestigd in een gezondheidscentrum, en van alle Nederlandse huisartsen is 8,8 procent werkzaam in een gezondheidscentrum. In totaal 1 miljoen mensen (7 procent van de Nederlandse bevolking) staan bij een gezondheidscentrum ingeschreven. Degemiddelde (huisarts)praktijkgrootte in een gezondheidscentrum bedraagt 2259 personen. De meeste gezondheidscentra zijn te vinden in de randstad. Ze staan vaak in nieuwbouwwijken, hetzij in groeikernen, hetzij in uitbreidingen van steden. In Zeeland is in 1991 het laatste gezondheidscentrum verdwenen. Onder het dak van een gezondheidscentrum zijn gemiddeld zeven disciplines te vinden.
In de loop der jaren is de basis van het gezondheidscentrum steeds breder geworden. Naast de drie kerndisciplines (huisarts, wijkverpleging en maatschappelijk werk) die per definitie deel uitmaken van het gezondheidscentrum, is in ongeveer 80 procent van de centra een fysiotherapeut gevestigd. In meer dan de helft van de centra zijn ook ziekenverzorging en verloskunde vertegenwoordigd. Behalve hulpverleners werken er in gezondheidscentra ook mensen met een ondersteunende functie. Hun aantal steeg de laatste jaren aanzienlijk. In bijna de helft van de Nederlandse gezondheidscentra is een coordinator werkzaam. In ruim veertig procent van de gezondheidscentra zijn huisartsen werkzaam in loondienst. (aut. ref.)