Onderzoeker Zorg en Participatie bij Chronische Aandoeningen
Publicatie
Datum
01-12-2025
Sport- en beweegdeelname van mensen met een verstandelijke beperking.
Hogendijk, R., Smit, D., Gómez Berns, Lindert, C. van, Water, L. van de, Terpstra, N. Sport- en beweegdeelname van mensen met een verstandelijke beperking. Utrecht: Mulier Instituut, 2025. 56 p.
Download de PDF
In dit rapport wordt beschreven hoeveel volwassenen met een lichte of matige verstandelijke beperking deelnemen aan sport- en beweegactiviteiten (sportieve activiteiten) en hoe zij dat doen. Er is gekeken naar wat zij doen en hoe vaak, wat helpt of tegenwerkt en hoe toegankelijk het aanbod is.
Het Mulier Instituut heeft het onderzoek uitgevoerd in samenwerking van het Nivel. De gegevens werden verzameld via vertegenwoordigers (naasten; n=163) van deze doelgroep die meedoen aan het Nivel Panel Samen Leven (PSL). De panelleden wonen verspreid over Nederland. Mensen met een ernstige verstandelijke beperking maken geen deel uit van het PSL.
Conclusies:
Deelname en wijze van sportbeoefening
- Drie kwart (75%) van de mensen met een lichte of matige verstandelijke beperking deed in de afgelopen twaalf maanden één of meer sportieve activiteiten; één op de vier (25%) niet.
- Ongeveer twee op de drie (64%) zijn wekelijks actief (sporten of bewegen). Wandelen en zwemmen zijn het populairst; daarna fitness, fietsen, paardensport en dansen.
- Het sportplezier is hoog (gemiddeld een rapportcijfer 8); competitie komt niet heel vaak voor.
Belemmering en stimulansen
- Persoonlijke belemmeringen (bijv. gezondheid) komen regelmatig voor. Vier op de tien mensen met een verstandelijke beperking hebben geen hulp nodig; anderen krijgen vooral ondersteuning tijdens de activiteit.
- Voor niet-sporters is het ontbreken van activiteiten bij de zorginstelling een vaak genoemde belemmering.
- Sport levert veel voordelen op: gezondheid, conditie, sociaal contact, plezier, zelfvertrouwen en trots.
- Familie en zorgprofessionals geven het vaakst de stimulans om te gaan sporten; het bredere netwerk speelt nauwelijks een rol.
- De doelgroep wordt raakt minimaal geïnspireerd door bekende paralympische sporters of sporters van Special Olympics).
Mening sportaanbod
- Over de ontwikkeling en toegankelijkheid van het aanbod bestaan veel vragen (veel neutraal/“weet ik niet”antwoorden).
- De bekendheid met relevante organisaties is over het algemeen laag.
In het rapport worden aanbevelingen gedaan ten aanzien van instroom en continuïteit, vervoer en praktische steun, vindbaarheid en communicatie en monitoring.
Het Mulier Instituut heeft het onderzoek uitgevoerd in samenwerking van het Nivel. De gegevens werden verzameld via vertegenwoordigers (naasten; n=163) van deze doelgroep die meedoen aan het Nivel Panel Samen Leven (PSL). De panelleden wonen verspreid over Nederland. Mensen met een ernstige verstandelijke beperking maken geen deel uit van het PSL.
Conclusies:
Deelname en wijze van sportbeoefening
- Drie kwart (75%) van de mensen met een lichte of matige verstandelijke beperking deed in de afgelopen twaalf maanden één of meer sportieve activiteiten; één op de vier (25%) niet.
- Ongeveer twee op de drie (64%) zijn wekelijks actief (sporten of bewegen). Wandelen en zwemmen zijn het populairst; daarna fitness, fietsen, paardensport en dansen.
- Het sportplezier is hoog (gemiddeld een rapportcijfer 8); competitie komt niet heel vaak voor.
Belemmering en stimulansen
- Persoonlijke belemmeringen (bijv. gezondheid) komen regelmatig voor. Vier op de tien mensen met een verstandelijke beperking hebben geen hulp nodig; anderen krijgen vooral ondersteuning tijdens de activiteit.
- Voor niet-sporters is het ontbreken van activiteiten bij de zorginstelling een vaak genoemde belemmering.
- Sport levert veel voordelen op: gezondheid, conditie, sociaal contact, plezier, zelfvertrouwen en trots.
- Familie en zorgprofessionals geven het vaakst de stimulans om te gaan sporten; het bredere netwerk speelt nauwelijks een rol.
- De doelgroep wordt raakt minimaal geïnspireerd door bekende paralympische sporters of sporters van Special Olympics).
Mening sportaanbod
- Over de ontwikkeling en toegankelijkheid van het aanbod bestaan veel vragen (veel neutraal/“weet ik niet”antwoorden).
- De bekendheid met relevante organisaties is over het algemeen laag.
In het rapport worden aanbevelingen gedaan ten aanzien van instroom en continuïteit, vervoer en praktische steun, vindbaarheid en communicatie en monitoring.
Gegevensverzameling