Nieuws
Sleutel tot besparing op geneesmiddelen ligt bij patiënt én dokter
Patiënten houden regelmatig geneesmiddelen over. Dit ligt niet altijd aan patiënten zelf, maar is ook afhankelijk van hun arts. Patiënten uit de ene praktijk houden veel meer geneesmiddelen over dan patiënten uit de andere praktijk, zo blijkt uit een publicatie van onderzoekers van het NIVEL in het Pharmaceutisch Weekblad.
Ruim een derde van de mensen die geneesmiddelen op recept gebruiken, houdt die weleens over. Dit is de meest genoemde bron van verspilling bij het Meldpunt Verspilling van het ministerie van VWS. Met een zorgvuldiger geneesmiddelgebruik is jaarlijks naar schatting 7% op de zorguitgaven te besparen. Geneesmiddelen overhouden is overigens niet altijd verspilling. Het kan te maken hebben met de grootte van de standaardverpakking: als je zestien tabletten moet nemen uit een strip van twintig, houd je er vier over. Dat kan goedkoper zijn dan het aantal tabletten per strip aan te passen. Of als een chronisch zieke patiënt slecht ter been is, ligt het voor de hand deze wat grotere hoeveelheden voor te schrijven zodat deze patiënt niet iedere week opnieuw de gang naar de apotheek hoeft te maken.
Er zijn dus allerlei goede redenen om geneesmiddelen over te houden. Vaak wordt echter gedacht dat patiënten die geneesmiddelen overhouden daar zelf wat laconiek mee omspringen, ze vergeten of er uit eigen beweging mee stoppen omdat ze niet aanslaan of vanwege bijwerkingen. Een deel van de hoeveelheid ongebruikte geneesmiddelen blijkt ook afhankelijk te zijn van de arts. Patiënten van de ene huisartsenpraktijk blijken veel meer geneesmiddelen over te houden dan patiënten van de andere huisartsenpraktijk. Het varieert van 23% in de ene tot 41% in de andere. Wat is de rol van de dokter hierin?
Voor het onderzoek zijn antwoorden op vragenlijsten van leden van het Consumentenpanel Gezondheidszorg gecombineerd met huisartsengegevens uit zeven huisartsenpraktijken uit de NIVEL Zorgregistraties eerste lijn. Het panel bestaat uit ruim 10.000 mensen van 18 jaar en ouder. NIVEL Zorgregistraties verzamelt routinematig gegevens bij onder meer 478 huisartsenpraktijken met meer dan anderhalf miljoen ingeschreven patiënten. Een deel van de panelleden is via deze praktijken geworven en heeft toestemming gegeven om hun antwoorden op de vragenlijsten te combineren met gegevens over hun zorggebruik zoals geregistreerd bij de huisarts. Dit biedt unieke mogelijkheden voor onderzoek. Inmiddels kan het NIVEL dit soort onderzoek uitvoeren in zestien huisartsenpraktijken.
De patiënten geven het vaakste aan met hun geneesmiddel te stoppen op advies van de arts. Andere veel genoemde redenen zijn dat de arts niet de juiste dosering of hoeveelheid heeft voorgeschreven, of voor een te lange periode. NIVEL-onderzoeker Margreet Reitsma: “Ook deze redenen verschillen tussen huisartsenpraktijken. Wellicht kunnen artsen dus ook bijdragen aan een besparing op geneesmiddelen door nog zorgvuldiger voor te schrijven. Het blijft zoeken naar een optimum tussen tegemoetkomen aan de individuele patiënt en het beperken van de hoeveelheid ongebruikte geneesmiddelen.”