De rol van het Algemeen Maatschappelijk Werk bij psychosociale problemen: meningen van huisartsen en Riagg's.

Ten gevolge van een toenemend aantal hulpvragen dat tot de ambulante geestelijke gezondheidszorg (AGGZ) gericht wordt, is de oude vraag weer actueel geworden in hoeverre een deel van deze hulpvragen niet binnen de eerstelijnsgezondheidszorg kan worden opgevangen. In dit verband wordt op de huisarts gewezen die de toegang tot de specialistische AGGZ zou moeten bewaken door een selectiever verwijsbeleid, daarbij gesteund door andere, generalistisch werkende hulpverleners in de eerstelijn, met name het Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) en de eerstelijnspsycholoog. Deze disciplines zouden met name de behandeling ter hand moeten nemen van diegenen die niet meer naar de AGGZ worden verwezen maar wel een of andere vorm van begeleiding of behandeling behoeven.

In dit onderzoek staat het AMW centraal: hoe beoordelen huisartsen en Regionale Instellingen voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg (RIAGG's) de mogelijkheden van het AMW om psychische problemen binnen de eerstelijn op te vangen, voor welk type cliënten en problemen hebben ze een geschikt hulpaanbod en welke omstandigheden hebben een positieve invloed op de positie van het AMW binnen de eerstelijnsgezondheidszorg.
Hierbij is gelet op de intensiteit van samenwerking tussen AMW en eerstelijn, op de mate waarin recente beleidswijzigingen binnen het AMW zijn doorgevoerd en op de oriëntatie van het AMW op de geestelijke gezondheidszorg.

Uit de resultaten blijkt dat de ondervraagden het AMW met name een belangrijke rol toedelen bij problemen op het werk, relatie- en opvoedingsproblemen en lichtere psychische problematiek. Met name patiënten die verbaal minder begaafd zijn treffen bij het AMW een lage drempel aan. Een nauwe samenwerking met huisartsen binnen een gezondheidscentrum of hometeam, en een vaste relatie met een RIAGG (consultatiemogelijkheid) zijn belangrijke randvoorwaarden.(aut.ref.)