Publicatie
Publicatie datum
Evaluatie invoering Elektronisch Voorschrijf Systeem: monitoringfase: de situatie in 2000.
Wolters, I., Hoogen, H. van den, Bakker, D. de. Evaluatie invoering Elektronisch Voorschrijf Systeem: monitoringfase: de situatie in 2000. Utrecht: NIVEL, 2001. 82 p.
Download de PDF
Driekwart van de Nederlandse huisartsen heeft een computerprogramma dat per individuele patiënt het beste geneesmiddel in de beste dosis voorstelt. Van hen gebruikt 70% dat Elektronische Voorschrijf Systeem (EVS) ook inderdaad, grotendeels naar tevredenheid. De huisartsen volgen de adviezen van de computer in 60 tot 80% van de gevallen op. EVS-gebruikers gaan gemiddeld iets goedkoper voorschrijven doordat ze vaker op stofnaam voorschrijven in plaats van op merknaam. Dat levert echter lang niet zoveel besparing op als vooraf werd gehoopt.
Persoonlijk behandeladvies
De adviezen van het EVS zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde behandel- en medicatierichtlijnen, de zogenaamde NOG-Standaarden. Voorheen waren die alleen op papier beschikbaar. In elektronische vorm kunnen de huisartsen de standaarden makkelijker en vaker raadplegen. Na intypen van de diagnose geeft het EVS wetenschappelijk onderbouwd behandel- en medicatieadviezen. Die adviezen zijn afgestemd op de individuele patiënt, wat betreft leeftijd, geslacht en eventuele aandoeningen die invloed kunnen hebben op de behandeling.
Er zijn NOG-Standaarden voor 74 aandoeningen die samen 80% van de voorgeschreven geneesmiddelen in de huisartspraktijk bestrijken. Nederland loopt met deze standaarden voorop in de wereld wat betreft ‘evidence based' (wetenschappelijk onderbouwde) huisartsgeneeskunde.
Besparing
In 2000, toen nog maar eenderde van de huisartsen een EVS had, werd door gebruik van het EVS ca. 11 miljoen gulden (ca. 5 miljoen Euro) bespaard op het voorschrijven van medicijnen. In 2002, als iedere huisarts een EVS heeft, wordt ca. 52 miljoen gulden (ca. 23,6 miljoen Euro) bespaard. Er was gerekend op een besparing van ca. 315 miljoen gulden (ca. 143 miljoen euro) in 2002. Een mogelijke oorzaak voor de tegenvallende besparing is dat het EVS niet van toepassing is op de meeste herhalingsrecepten. Die vormen de meerderheid van alle receptuur. Ook is het mogelijk dat de meeste huisartsen al zo zuinig voorschrijven dat er weinig meer te besparen valt, of dat de adviezen van het EVS soms duurder uitvallen dan de eerste keus van veel huisartsen.
Persoonlijk behandeladvies
De adviezen van het EVS zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde behandel- en medicatierichtlijnen, de zogenaamde NOG-Standaarden. Voorheen waren die alleen op papier beschikbaar. In elektronische vorm kunnen de huisartsen de standaarden makkelijker en vaker raadplegen. Na intypen van de diagnose geeft het EVS wetenschappelijk onderbouwd behandel- en medicatieadviezen. Die adviezen zijn afgestemd op de individuele patiënt, wat betreft leeftijd, geslacht en eventuele aandoeningen die invloed kunnen hebben op de behandeling.
Er zijn NOG-Standaarden voor 74 aandoeningen die samen 80% van de voorgeschreven geneesmiddelen in de huisartspraktijk bestrijken. Nederland loopt met deze standaarden voorop in de wereld wat betreft ‘evidence based' (wetenschappelijk onderbouwde) huisartsgeneeskunde.
Besparing
In 2000, toen nog maar eenderde van de huisartsen een EVS had, werd door gebruik van het EVS ca. 11 miljoen gulden (ca. 5 miljoen Euro) bespaard op het voorschrijven van medicijnen. In 2002, als iedere huisarts een EVS heeft, wordt ca. 52 miljoen gulden (ca. 23,6 miljoen Euro) bespaard. Er was gerekend op een besparing van ca. 315 miljoen gulden (ca. 143 miljoen euro) in 2002. Een mogelijke oorzaak voor de tegenvallende besparing is dat het EVS niet van toepassing is op de meeste herhalingsrecepten. Die vormen de meerderheid van alle receptuur. Ook is het mogelijk dat de meeste huisartsen al zo zuinig voorschrijven dat er weinig meer te besparen valt, of dat de adviezen van het EVS soms duurder uitvallen dan de eerste keus van veel huisartsen.