Senior onderzoeker Verpleging, Verzorging en Ouderenzorg
Publicatie
Publicatie datum
Hoe kunnen realisme en hoop gecombineerd worden in arts-patiëntcommunicatie aan het levenseinden? een online focusgroepstudie onder deelnemers mést een zonder een moslimachtergrond.
Oosterveld-Vlug, M., Francke, A., Pasman, R., Onwuteaka-Philipsen, B. Hoe kunnen realisme en hoop gecombineerd worden in arts-patiëntcommunicatie aan het levenseinden? een online focusgroepstudie onder deelnemers mést een zonder een moslimachtergrond. Nederlands-Vlaams Tijdschrift voor Palliatieve Zorg: 2018, 15(3), p. 5-22.
Download de PDF
Doel
Het bieden of in stand houden van valse hoop kan eraan bijdragen dat lang wordt doorgegaan met curatieve, agressieve behandelingen. In deze studie onderzochten we hoe mensen uit verschillende groepen vinden dat realistische en hoopvolle informatie het best gecombineerd kan worden in arts-patiëntencommunicatie aan het einde van het leven.
Methode
Gedurende een periode van vijftien dagen konden deelnemers aan vijf online focusgroepen (OFGs) inloggen op een besloten website en reageren op verschillende onderwerpen. De volgende mensen deden mee: patiënten, ouderen, naasten en zorgverleners, sommigen van hen met een moslimachtergrond. Deelnemers met een moslimachtergrond werden ingedeeld in een aparte groep, omdat uit eerder onderzoek al bleek dat zij soms een andere kijk hebben op wat goede zorg en communicatie aan het levenseinde is. De transcripten werden geanalyseerd volgens de principes van thematische analyse.
Resultaten
Deelnemers aan alle focusgroepen gaven aan voorkeur te hebben voor een arts die realistische informatie op een empathische manier brengt; waarbij een arts aangeeft dat een patiënt nooit alleen gelaten zal worden en dat het stoppen van een behandeling gericht op genezing niet het zelfde is als het stopzetten van alle zorg; waarbij een arts expliciet vraag hoe de patiënt het best geholpen kan worden in de resterende tijd; en waarbij een arst andere professionals betrekt bij de zorg en communicatie. Op deze manier kunnen artsen de transitie die een patiënt maakt van "hoop op genezing" tot "hoop op een goede dood" ondersteunen. Moslims specificeerden de manier waarop zij realistische informatie wilden ontvangen: via een familielid, en waarbij niet de term 'ongeneeslijk ziek" werd gebruikt, maar waarbij de arts aangeeft geen andere curatieve behandeling meer voorhanden te hebben.
Belang van resultaten
Realisme en hoop sluiten elkaar niet uit. maar kunnen worden gecombineerd door realistische informatie op een fijngevoelige en cultuursensitieve manier te geven. Deze studie geeft hiervoor suggesties. Training in communicatievaardigheden en het verankeren van kennis over culturele en religieuze diversiteit in de opleiding van artsen zou de communicatie aan het levenseinde kunnen verbeteren. (aut. ref.)
Het bieden of in stand houden van valse hoop kan eraan bijdragen dat lang wordt doorgegaan met curatieve, agressieve behandelingen. In deze studie onderzochten we hoe mensen uit verschillende groepen vinden dat realistische en hoopvolle informatie het best gecombineerd kan worden in arts-patiëntencommunicatie aan het einde van het leven.
Methode
Gedurende een periode van vijftien dagen konden deelnemers aan vijf online focusgroepen (OFGs) inloggen op een besloten website en reageren op verschillende onderwerpen. De volgende mensen deden mee: patiënten, ouderen, naasten en zorgverleners, sommigen van hen met een moslimachtergrond. Deelnemers met een moslimachtergrond werden ingedeeld in een aparte groep, omdat uit eerder onderzoek al bleek dat zij soms een andere kijk hebben op wat goede zorg en communicatie aan het levenseinde is. De transcripten werden geanalyseerd volgens de principes van thematische analyse.
Resultaten
Deelnemers aan alle focusgroepen gaven aan voorkeur te hebben voor een arts die realistische informatie op een empathische manier brengt; waarbij een arts aangeeft dat een patiënt nooit alleen gelaten zal worden en dat het stoppen van een behandeling gericht op genezing niet het zelfde is als het stopzetten van alle zorg; waarbij een arts expliciet vraag hoe de patiënt het best geholpen kan worden in de resterende tijd; en waarbij een arst andere professionals betrekt bij de zorg en communicatie. Op deze manier kunnen artsen de transitie die een patiënt maakt van "hoop op genezing" tot "hoop op een goede dood" ondersteunen. Moslims specificeerden de manier waarop zij realistische informatie wilden ontvangen: via een familielid, en waarbij niet de term 'ongeneeslijk ziek" werd gebruikt, maar waarbij de arts aangeeft geen andere curatieve behandeling meer voorhanden te hebben.
Belang van resultaten
Realisme en hoop sluiten elkaar niet uit. maar kunnen worden gecombineerd door realistische informatie op een fijngevoelige en cultuursensitieve manier te geven. Deze studie geeft hiervoor suggesties. Training in communicatievaardigheden en het verankeren van kennis over culturele en religieuze diversiteit in de opleiding van artsen zou de communicatie aan het levenseinde kunnen verbeteren. (aut. ref.)
Doel
Het bieden of in stand houden van valse hoop kan eraan bijdragen dat lang wordt doorgegaan met curatieve, agressieve behandelingen. In deze studie onderzochten we hoe mensen uit verschillende groepen vinden dat realistische en hoopvolle informatie het best gecombineerd kan worden in arts-patiëntencommunicatie aan het einde van het leven.
Methode
Gedurende een periode van vijftien dagen konden deelnemers aan vijf online focusgroepen (OFGs) inloggen op een besloten website en reageren op verschillende onderwerpen. De volgende mensen deden mee: patiënten, ouderen, naasten en zorgverleners, sommigen van hen met een moslimachtergrond. Deelnemers met een moslimachtergrond werden ingedeeld in een aparte groep, omdat uit eerder onderzoek al bleek dat zij soms een andere kijk hebben op wat goede zorg en communicatie aan het levenseinde is. De transcripten werden geanalyseerd volgens de principes van thematische analyse.
Resultaten
Deelnemers aan alle focusgroepen gaven aan voorkeur te hebben voor een arts die realistische informatie op een empathische manier brengt; waarbij een arts aangeeft dat een patiënt nooit alleen gelaten zal worden en dat het stoppen van een behandeling gericht op genezing niet het zelfde is als het stopzetten van alle zorg; waarbij een arts expliciet vraag hoe de patiënt het best geholpen kan worden in de resterende tijd; en waarbij een arst andere professionals betrekt bij de zorg en communicatie. Op deze manier kunnen artsen de transitie die een patiënt maakt van "hoop op genezing" tot "hoop op een goede dood" ondersteunen. Moslims specificeerden de manier waarop zij realistische informatie wilden ontvangen: via een familielid, en waarbij niet de term 'ongeneeslijk ziek" werd gebruikt, maar waarbij de arts aangeeft geen andere curatieve behandeling meer voorhanden te hebben.
Belang van resultaten
Realisme en hoop sluiten elkaar niet uit. maar kunnen worden gecombineerd door realistische informatie op een fijngevoelige en cultuursensitieve manier te geven. Deze studie geeft hiervoor suggesties. Training in communicatievaardigheden en het verankeren van kennis over culturele en religieuze diversiteit in de opleiding van artsen zou de communicatie aan het levenseinde kunnen verbeteren. (aut. ref.)
Het bieden of in stand houden van valse hoop kan eraan bijdragen dat lang wordt doorgegaan met curatieve, agressieve behandelingen. In deze studie onderzochten we hoe mensen uit verschillende groepen vinden dat realistische en hoopvolle informatie het best gecombineerd kan worden in arts-patiëntencommunicatie aan het einde van het leven.
Methode
Gedurende een periode van vijftien dagen konden deelnemers aan vijf online focusgroepen (OFGs) inloggen op een besloten website en reageren op verschillende onderwerpen. De volgende mensen deden mee: patiënten, ouderen, naasten en zorgverleners, sommigen van hen met een moslimachtergrond. Deelnemers met een moslimachtergrond werden ingedeeld in een aparte groep, omdat uit eerder onderzoek al bleek dat zij soms een andere kijk hebben op wat goede zorg en communicatie aan het levenseinde is. De transcripten werden geanalyseerd volgens de principes van thematische analyse.
Resultaten
Deelnemers aan alle focusgroepen gaven aan voorkeur te hebben voor een arts die realistische informatie op een empathische manier brengt; waarbij een arts aangeeft dat een patiënt nooit alleen gelaten zal worden en dat het stoppen van een behandeling gericht op genezing niet het zelfde is als het stopzetten van alle zorg; waarbij een arts expliciet vraag hoe de patiënt het best geholpen kan worden in de resterende tijd; en waarbij een arst andere professionals betrekt bij de zorg en communicatie. Op deze manier kunnen artsen de transitie die een patiënt maakt van "hoop op genezing" tot "hoop op een goede dood" ondersteunen. Moslims specificeerden de manier waarop zij realistische informatie wilden ontvangen: via een familielid, en waarbij niet de term 'ongeneeslijk ziek" werd gebruikt, maar waarbij de arts aangeeft geen andere curatieve behandeling meer voorhanden te hebben.
Belang van resultaten
Realisme en hoop sluiten elkaar niet uit. maar kunnen worden gecombineerd door realistische informatie op een fijngevoelige en cultuursensitieve manier te geven. Deze studie geeft hiervoor suggesties. Training in communicatievaardigheden en het verankeren van kennis over culturele en religieuze diversiteit in de opleiding van artsen zou de communicatie aan het levenseinde kunnen verbeteren. (aut. ref.)