Publicatie

Publicatie datum

Influenzavaccinatie onder allochtone en autochtone ouderen.

Kulu Glasgow, I., Weide, M.G., Bakker, D.H. de. Influenzavaccinatie onder allochtone en autochtone ouderen. Utrecht: NIVEL, 2000. 30 p.
Download de PDF
Ieder najaar kunnen patiënten die een verhoogd risico hebben op (ernstige) complicaties bij influenza zich gratis laten vaccineren. Tot deze groep horen onder meer mensen met hart- en vaatproblemen, mensen met longaandoeningen, mensen met een nierziekte en diabetici. Sinds 1996 worden op advies van de Gezondheidsraad ook 65-plussers tot deze groep gerekend. Bij deze griepvaccinatie speelt de huisartspraktijk een centrale rol: huisartsen bepalen wie de risicopatiënten zijn, delen aan hen mede dat zij gevaccineerd kunnen worden en organiseren de vaccinatie. De huisartsen worden daarbij ondersteund door onder andere de door LHV en NHG ontwikkelde 'griepmodule', waardoor zij in hun elektronisch medisch dossier gemakkelijker risicopatiënten kunnen selecteren, oproepen en volgen. De campagne resulteerde er in 1998 in dat 77% van de risicopatiënten daadwerkelijk is gevaccineerd; bij de ouderen ligt dit percentage nog hoger. Omdat niet duidelijk was of allochtone ouderen even goed worden bereikt als autochtone, is in opdracht van ZorgOnderzoek Nederland (ZON) de vaccinatiegraad van allochtone ouderen onderzocht. Bij andere preventieprogramma's bleek namelijk de deelname van allochtonen lager dan gemiddeld. Redenen hiervoor zijn onbekendheid en dat men soms de in het Nederlands gestelde oproep niet kan lezen of begrijpt.
In het onderzoek is de opkomst in 1998 van Turken, Marokkanen en Surinamers van 55 jaar en ouder vergeleken met die van Nederlanders in die leeftijdscategorie.

Over de hele groep genomen is de vaccinatiegraad van allochtonen boven 54 jaar even groot als van hun autochtone leeftijdgenoten. Er zijn wel kleine verschillen binnen de groep. Zo zijn de mensen onder de 65 - met uitzondering van de Surinamers - wat vaker gevaccineerd dan de 65-plussers. De allochtone 65-plussers met een medische indicatie zijn vaker gevaccineerd dan mensen zonder medische indicatie. Dit is vooral bij Turken het geval.
Slechts enkele huisartspraktijken ontplooien extra activiteiten om de Turkse en Marokkaanse risicopatiënten te bereiken, zoals een oproepbrief of informatie in de eigen taal. Waar men dit deed was de opkomst, vooral onder 65-plussers, beduidend hoger.

Er is ook gekeken naar de redenen waarom mensen risicopatiënten niet gevaccineerd zijn. Is dat bij Nederlanders gewoonlijk een weerstand tegen de griepprik op zichzelf (bang voor bijwerkingen of weinig vertrouwen in de griepprik), bij de allochtonen spelen vooral organisatorische problemen een rol. Turken en Marokkanen melden nogal eens dat zij geen oproep hebben ontvangen, de oproep niet begrepen hebben, dat zij het vergeten zijn en dat zij afwezig waren in de betreffende periode. Surinamers noemen deze redenen ook, maar ook dat zij nooit griep krijgen.
Verschillende ouderen wisten niet dat zij tot de risicogroep horen. De ondervraagde allochtonen beschouwen griep als en ernstiger ziekte dan de Nederlanders doen. Zij waren dan ook van plan zich het volgende jaar wel te laten inenten. Dit in tegenstelling tot de Nederlanders die in ander onderzoek aangaven zich het jaar daarop niet te laten vaccineren.