Publicatie

Publicatie datum

Overeenstemming tussen huisarts en patiënten over het bestaan van astma en COPD: de Tweede Nationale Studie.

Mohangoo, A.D., Linden, M.W. van der, Schellevis, F.G. Overeenstemming tussen huisarts en patiënten over het bestaan van astma en COPD: de Tweede Nationale Studie. Utrecht: NIVEL, 2003. 32 p.
Download de PDF
Het blijkt vaak (66%) voor te komen dat de patiënt spreekt van astma of COPD, waar de huisarts de klachten anders benoemt. Meestal spreekt de huisarts in die gevallen dan wel van een andere luchtwegaandoening. Dit blijkt uit een onderzoek door het Nivel ten behoeve van preventiebeleid in opdracht van het Nederlands Astma Fonds.

Het komt wat minder vaak voor (34% op jaarbasis), dat de huisarts sprak van astma en/of COPD, waar de respondent dat niet doet. Het zijn met name de ouderen met COPD (en soms astma) waarbij de huisarts deze aandoening aangeeft, zonder dat de patiënt te kennen geeft zich hiervan bewust te zijn. Deze groep is verder nog gekenmerkt door de aanwezigheid van verschillende lichamelijke klachten en een omgeving waarin gerookt wordt. Kennelijk is dit een belangrijke groep waarvoor de bewustwording van astma, COPD en roken nog niet optimaal is.
Het komt betrekkelijk weinig (8%) voor dat de respondent spreekt van astma of COPD, maar hiervoor geen huisarts bezocht heeft. Dit betreft merendeels jongeren die zelf aangeven last te hebben van astma (en soms COPD) maar hiervoor geen contact te hebben met de huisarts.
Het onderzoek maakt deel uit van een grootschalige en actuele studie naar de huisartsenzorg in Nederland, de Tweede Nationale Studie http://www.nivel.nl/oc2/page.asp?pageid=267 naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk. Hieraan hebben 104 huisartspraktijken met 195 huisartsen en 400.000 ingeschreven patiënten deelgenomen. Binnen dit onderzoek is een mondeling interview aan huis afgenomen onder 12.699 ingeschreven personen. In het interview is gevraagd naar astma en COPD.
De Tweede Nationale Studie wordt uitgevoerd in samenwerking met het Landelijk informatie netwerk Huisartsenzorg (LINH) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM (Volksgezondheid Toekomst Verkenningen / Nationaal Kompas Volksgezondheid), het ministerie van VWS, de beroepsorganisaties NHG en LHV en een groot aantal onderzoeksgroepen, waaronder LINH (Landelijk Netwerk Informatie Huisartsenzorg), het Centre for Quality of Care Research(WOK) en de universitaire vakgroepen Huisartsgeneeskunde.