Publicatie
Publicatie datum
Zorg en verrichtingen bij patiënten met kanker in de eerste lijn: het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsen (LINH). Achtergrondrapportage behorend bij hoofdstuk 5 van het signaleringsrapport 'Nazorg bij kanker: de rol van de eerste lijn'.
Jabaaij, L., Schellevis, F. Zorg en verrichtingen bij patiënten met kanker in de eerste lijn: het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsen (LINH). Achtergrondrapportage behorend bij hoofdstuk 5 van het signaleringsrapport 'Nazorg bij kanker: de rol van de eerste lijn'. Amsterdam: KWF Kankerbestrijding, 2009. 110 p. Bijlage: J.A. Knottnerus; J.F.A.M. Wijffels. Nazorg bij kanker: de rol van de eerste lijn. Signaleringscommissie kanker van KWF Kankerbestrijding. Amsterdam: KWF Kankerbestrijding, 2011.
Download de PDF
Mede door een langere overleving zal het aantal mensen met kanker de komende tien jaar fors toenemen. De nazorg voor deze patiënten zal deels moeten gaan plaatsvinden in de huisartsenpraktijk, waardoor het aantal contacten met de praktijk 3% zal toenemen. Onderzoekers van het NIVEL publiceerden twee scenario’s in Huisarts & Wetenschap.
De signaleringscommissie Kanker van het Koningin Wilhelmina Fonds (KWF kankerbestrijding) voorspelde in 2004 een verdubbeling van het aantal kankerpatiënten tussen 2000 en 2015. Deze patiënten worden nu nog vooral behandeld en begeleid door medisch specialisten. Maar als het aantal patiënten toeneemt, is het onvermijdelijk dat de huisarts een rol gaat spelen in de nazorg. KWF Kankerbestrijding pleit ook voor een grotere rol voor de huisarts in de nazorg bij kanker. Patiënten hoeven dan minder vaak naar het ziekenhuis voor de controles, de zorg kan dichter bij huis worden verleend. In 2010 hadden de Nederlandse huisartsen ongeveer 3,6 miljoen contacten met patiënten met kanker in hun praktijk die hun eerste behandeling achter de rug hadden. Onderzoekers van het NIVEL rekenden voor het KWF twee scenario’s door. Een scenario dat ervan uitgaat dat mensen met kanker eenzelfde beroep blijven doen op de huisarts als nu en een scenario waarin ook een deel van de nazorg van de medisch specialist verschuift naar de huisarts. Door de toename van het aantal patiënten met kanker zal het aantal contacten met de huisartspraktijk sowieso met 1% toenemen in 2020. Als de nazorg van kankerpatiënten deels in de huisartsenpraktijk gaat plaatsvinden, zal het aantal contacten met nog eens 3% toenemen. Huisartsen moeten zich dus voorbereiden op meer contacten met patiënten met kanker. NIVEL-afdelingshoofd prof. dr. François Schellevis: “Dit zijn op zich kleine percentages. Maar het gaat wel om bijna een miljoen mensen die vaker bij de huisarts komen.”
De signaleringscommissie Kanker van het Koningin Wilhelmina Fonds (KWF kankerbestrijding) voorspelde in 2004 een verdubbeling van het aantal kankerpatiënten tussen 2000 en 2015. Deze patiënten worden nu nog vooral behandeld en begeleid door medisch specialisten. Maar als het aantal patiënten toeneemt, is het onvermijdelijk dat de huisarts een rol gaat spelen in de nazorg. KWF Kankerbestrijding pleit ook voor een grotere rol voor de huisarts in de nazorg bij kanker. Patiënten hoeven dan minder vaak naar het ziekenhuis voor de controles, de zorg kan dichter bij huis worden verleend. In 2010 hadden de Nederlandse huisartsen ongeveer 3,6 miljoen contacten met patiënten met kanker in hun praktijk die hun eerste behandeling achter de rug hadden. Onderzoekers van het NIVEL rekenden voor het KWF twee scenario’s door. Een scenario dat ervan uitgaat dat mensen met kanker eenzelfde beroep blijven doen op de huisarts als nu en een scenario waarin ook een deel van de nazorg van de medisch specialist verschuift naar de huisarts. Door de toename van het aantal patiënten met kanker zal het aantal contacten met de huisartspraktijk sowieso met 1% toenemen in 2020. Als de nazorg van kankerpatiënten deels in de huisartsenpraktijk gaat plaatsvinden, zal het aantal contacten met nog eens 3% toenemen. Huisartsen moeten zich dus voorbereiden op meer contacten met patiënten met kanker. NIVEL-afdelingshoofd prof. dr. François Schellevis: “Dit zijn op zich kleine percentages. Maar het gaat wel om bijna een miljoen mensen die vaker bij de huisarts komen.”
Gegevensverzameling