Nieuws
Huisartsenspreekuur steeds strakker georganiseerd
Nog maar 13 % van de huisartsen heeft een inloopspreekuur waarop de patiënt zonder afspraak terecht kan. In 1987 had nog bijna de helft een inloopspreekuur. Ook het aantal huisartsen met een telefonisch spreekuur neemt af: de helft van de huisartsen heeft nu een terugbelspreekuur. Hierdoor hebben zij minder telefoontjes af te handelen.Bij een terugbelspreekuur neemt de assistente de telefoon op, vraagt waarvoor de patiënt belt, geeft soms zelfstandig adviezen en laat de huisarts indien nodig terugbellen. Huisartsen met een terugbelspreekuur hebben statistisch significant minder telefonische contacten met hun patiënten dan huisartsen zonder terugbelspreekuur. Toch is het aantal telefonische contacten van huisartsen met hun patiënten sinds 1987 verdrievoudigd. NIVEL onderzoeker Michael van den Berg: “Wellicht was de toename in telefonische contacten dus nog groter geweest als ze allemaal een gewoon telefonisch spreekuur waren blijven doen.”
Patiënten kunnen, indien het geen spoedgeval betreft, minder vaak dan in 1987 nog dezelfde dag bij hun huisarts terecht, maar over het algemeen wel binnen twee dagen. In 6% van de gevallen kunnen zij pas na twee of meer dagen terecht. In Engeland en Denemarken ligt dit percentage veel hoger, respectievelijk 31% en 45%) (Boerma, 2003).
De huisarts reserveert gemiddeld meer tijd per patiënt op het afsprakenspreekuur dan in 1987.
Dit blijkt uit de Tweede Nationale Studie; een omvangrijke studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk die in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) is uitgevoerd door het NIVEL in samenwerking met het RIVM .