Nieuws
Sporters lichamelijk en geestelijk gezonder dan niet-sporters
Sporters voelen zich gezonder en leven gezonder dan niet-sporters. Dat uit zich in een grotere ervaren vitaliteit (bijna 10% vitaler dan niet-sporters), een gezonder gewicht (het aantal sporters dat last heeft van overgewicht ligt 15% lager dan bij de niet sporters), minder gezondheidsklachten en minder chronische aandoeningen, waaronder diabetes.Het verband tussen sporten en het niet hebben van diabetes wordt sterker met het toenemen van de leeftijd. Overigens zijn mensen die voldoende matig intensief of intensief bewegen ook gezonder dan mensen die onvoldoende bewegen.
Dat blijkt uit onderzoek van het NIVEL en RIVM gesubsidieerd door Nederlands Olympisch Comité* Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF) naar de gezondheid van sporters in vergelijking met niet-sporters.
Voldoende bewegen, waaronder sporten, heeft een positieve invloed op de ervaren gezondheid. Uit het onderzoek bleek dat sporters meer en intensiever bewegen dan niet-sporters. Hierdoor kan gesteld worden dat sporten een extra stimulans is voor een gezonde en actieve leefstijl. Deze gezondere leefstijl komt ook tot uitdrukking in gezonder eten, minder roken en vaker goed slapen. Mensen die sporten hebben een betere geestelijke gezondheid dan mensen die niet sporten.
Een ander belangrijk resultaat van het onderzoek is de relatie tussen voldoende bewegen en de verkleinde kans op het verkrijgen van diabetes. Deze relatie wordt sterker met het toenemen van de leeftijd.
De relatie tussen sport en gezondheid staat zowel vanuit de wetenschap als vanuit het beleid volop in de belangstelling. In dit onderzoek wordt het belang van sporten in relatie tot gezondheid bevestigd. Sporters bewegen meer en intensiever dan niet-sporters en vertonen een betere gezondheid.
Het onderzoek is verricht door middel van analyse van de gegevens van de patiëntenenquête van NS2. De enquêtes zijn mondeling afgenomen. Het onderzoek is representatief voor de Nederlandse bevolking. In de analyse zijn de data van 5.265 respondenten van 12 jaar en ouder meegenomen.
Subsidiënt(en)
Samenwerkingspartner(s)