Programmaleider Zorgdata en het Lerend Zorgsysteem; bijzonder hoogleraar 'Transparantie in de zorg vanuit patiëntenperspectief', Tranzo, Tilburg University
Publicatie
Publicatie datum
Monitoring griepvaccinatiecampagne 2005.
Tacken, M., Verheij, R., Mulder, J., Hoogen, H. van den, Braspenning, J. Monitoring griepvaccinatiecampagne 2005. Utrecht/Nijmegen: NIVEL, Landelijke Huisartsen Vereniging, Nederlands Huisartsen Genooschap, WOK: Centre for Quality of Care Research, 2006. 34 p.
Download de PDF
In het griepseizoen 2005/2006 werd 18% van alle Nederlanders ingeënt tegen griep. Van de risicopopulatie, 65-plussers en chronisch zieken, kreeg ruim driekwart (77%) een griepprik.
Dat blijkt uit onderzoek dat het Landelijk Informatienetwerk Huisartsenzorg (LINH) heeft uitgevoerd in opdracht van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) en het Centrum voor Bevolkingsonderzoek van het RIVM. Elk jaar registreert LINH hoeveel mensen in aanmerking komen voor de griepprik, en hoeveel er daadwerkelijk die vaccinatie krijgen. Voor het onderzoek werd gebruik gemaakt van de gegevens van 61 huisartsenpraktijken. Bijna een kwart (23%) van de mensen in de huisartsenpraktijk behoort tot de risicogroep, die in aanmerking komt voor vaccinatie. Griep kan voor hen ernstige gevolgen hebben: van ziekenhuisopname tot overlijden.
Tekort aan spuiten
In 2005 is de vaccinatiegraad iets toegenomen, terwijl de omvang van de risicopopulatie constant is gebleven. In de huisartsenpraktijken heeft het tijdelijke tekort aan spuiten niet geleid tot niet-vaccineren. Wel zijn sommige nabestellingen pas eind december geleverd. Opvallend is verder dat van de mensen van 65 jaar en ouder die verder geen medische indicatie hebben, de vaccinatiegraad relatief lager is dan in de andere doelgroepen; vooral ‘jongere’ ouderen komen minder vaak naar de praktijk voor een griepprik.
Jaarlijks geeft de overheid miljoenen euro's uit aan de griepvaccinatiecampagne. Daarom wil zij weten hoeveel mensen via de campagne een griepprik krijgen en tot welke risicogroep de gevaccineerden behoren. Zo kan worden vastgesteld wat de vaccinatiegraad is in de diverse risicogroepen en in de totale bevolking.
Het belang van informatie over het bereik van de griepvaccinatiecampagne wordt steeds groter. Mocht er een wereldwijde griepepidemie (pandemie) uitbreken, dan is het belangrijk om te weten hoeveel mensen er zijn gevaccineerd tegen griep en wat het bereik is van de huidige vaccinatiecampagne.
LINH
LINH bestaat uit 80 huisartspraktijken met ongeveer 350.000 ingeschreven patiënten (per januari 2005). De LINH-huisartsen registreren in hun computer (het huisartsinformatiesysteem, of HIS) op continue basis gegevens over aandoeningen (ICPC-gecodeerde diagnose), aantallen contacten, geneesmiddelvoorschriften en verwijzingen. De organisatie en logistiek van LINH worden gefinancierd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De praktische uitvoering vindt plaats in een samenwerkingsverband tussen het NIVEL en de afdeling Kwaliteit van Zorg (WOK) van het UMC St Radboud. De Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) zijn partners in het project.
Dat blijkt uit onderzoek dat het Landelijk Informatienetwerk Huisartsenzorg (LINH) heeft uitgevoerd in opdracht van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) en het Centrum voor Bevolkingsonderzoek van het RIVM. Elk jaar registreert LINH hoeveel mensen in aanmerking komen voor de griepprik, en hoeveel er daadwerkelijk die vaccinatie krijgen. Voor het onderzoek werd gebruik gemaakt van de gegevens van 61 huisartsenpraktijken. Bijna een kwart (23%) van de mensen in de huisartsenpraktijk behoort tot de risicogroep, die in aanmerking komt voor vaccinatie. Griep kan voor hen ernstige gevolgen hebben: van ziekenhuisopname tot overlijden.
Tekort aan spuiten
In 2005 is de vaccinatiegraad iets toegenomen, terwijl de omvang van de risicopopulatie constant is gebleven. In de huisartsenpraktijken heeft het tijdelijke tekort aan spuiten niet geleid tot niet-vaccineren. Wel zijn sommige nabestellingen pas eind december geleverd. Opvallend is verder dat van de mensen van 65 jaar en ouder die verder geen medische indicatie hebben, de vaccinatiegraad relatief lager is dan in de andere doelgroepen; vooral ‘jongere’ ouderen komen minder vaak naar de praktijk voor een griepprik.
Jaarlijks geeft de overheid miljoenen euro's uit aan de griepvaccinatiecampagne. Daarom wil zij weten hoeveel mensen via de campagne een griepprik krijgen en tot welke risicogroep de gevaccineerden behoren. Zo kan worden vastgesteld wat de vaccinatiegraad is in de diverse risicogroepen en in de totale bevolking.
Het belang van informatie over het bereik van de griepvaccinatiecampagne wordt steeds groter. Mocht er een wereldwijde griepepidemie (pandemie) uitbreken, dan is het belangrijk om te weten hoeveel mensen er zijn gevaccineerd tegen griep en wat het bereik is van de huidige vaccinatiecampagne.
LINH
LINH bestaat uit 80 huisartspraktijken met ongeveer 350.000 ingeschreven patiënten (per januari 2005). De LINH-huisartsen registreren in hun computer (het huisartsinformatiesysteem, of HIS) op continue basis gegevens over aandoeningen (ICPC-gecodeerde diagnose), aantallen contacten, geneesmiddelvoorschriften en verwijzingen. De organisatie en logistiek van LINH worden gefinancierd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De praktische uitvoering vindt plaats in een samenwerkingsverband tussen het NIVEL en de afdeling Kwaliteit van Zorg (WOK) van het UMC St Radboud. De Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) zijn partners in het project.
Gegevensverzameling