Publicatie

Publicatie datum

Zicht op depressie: de aandoening, preventie en zorg. Themarapportage van de Staat van Volksgezondheid en Zorg

Nuijen, J., Bon-Martens, M. van, Graaf, R. de, Have, M. ten, Poel, A. van der, Beurs, D. de, Nielen, M., Verhaak, P., Voorrips, L. Zicht op depressie: de aandoening, preventie en zorg. Themarapportage van de Staat van Volksgezondheid en Zorg Utrecht: Trimbos, 2018. 168 p.
Download de PDF
Jaarlijks hebben in Nederland ruim een half miljoen volwassenen in de leeftijd van 18-64 jaar een depressieve stoornis (kortweg: depressie). De impact van depressie is groot: voor de persoon zelf, voor de naaste omgeving en voor de maatschappij. De kosten van verzuim door depressie worden geschat op ongeveer 1,8 miljard euro op jaarbasis; de kosten van depressiezorg op circa 1,6 miljard euro. Dit blijkt uit een overzicht van de beschikbare cijfers over depressie. Er is veel kennis over deze aandoening, maar tegelijkertijd ontbreekt belangrijke informatie. Om een depressie te kunnen voorkómen, is het bijvoorbeeld belangrijk om meer te weten over factoren die het ontstaan van een depressie voorspellen. Dat geldt ook voor factoren die voorspellen of een depressie langdurig aanhoudt, of terugkeert na een periode van herstel. Dit overzicht brengt ook in beeld welke preventieve maatregelen en zorg bij depressie worden geboden door partijen in de ‘keten’: van preventieve maatregelen in gemeenten tot en met specialistische geestelijke gezondheidszorg specialistische (GGZ). De beschikbare informatie hierover uit landelijke registraties blijkt versnipperd te zijn. Van sommige ketenpartijen, zoals huisartsenzorg en specialistische GGZ, is verhoudingsgewijs veel bekend over de omvang en de aard van de geboden depressiepreventie of -zorg. Van andere domeinen is juist weinig landelijke informatie beschikbaar, zoals publieke gezondheidszorg, sociaal domein en jeugd-ggz. Hierdoor is het lastig om zicht te krijgen op de kwaliteit van de keten van depressiezorg in Nederland en hoe deze valt te verbeteren. Het is onder andere nodig om informatie uit de verschillende registraties te koppelen en de ontbrekende gegevens op te vullen. De rapportage is geschreven in opdracht van het ministerie van VWS en maakt deel uit van de Staat van Volksgezondheid en Zorg. Ze is het product van samenwerking tussen het Trimbos-instituut en andere kennisorganisaties, onder regie van het RIVM.