Publicatie

Publicatie datum

Bekostiging van de huisartsenzorg: vóór en na de stelselwijziging. Monitor 2006.

Brake, H. te, Verheij, R., Abrahamse, H., Bakker, D. de. Bekostiging van de huisartsenzorg: vóór en na de stelselwijziging. Monitor 2006. Utrecht: NIVEL, 2007. 43 p.
Download de PDF
Huisartsen declareren sinds de invoering van het nieuwe zorgstelsel meer dan werd verwacht. Dit komt niet doordat patiënten vaker naar de huisarts gaan.

Meer declaraties
Sinds de introductie van de nieuwe Zorgverzekeringswet in 2006, hebben huisartsen ruim 17% meer reguliere verrichtingen (consulten, visites, telefonische contacten) gedeclareerd dan van tevoren werd verwacht. Met de nieuwe wet is onder meer het verschil tussen particulier en ziekenfondsverzekerden weggevallen, waardoor het nodig was een nieuwe vergoedingssystematiek voor de huisarts te introduceren. De uitkomsten van de in het zogenoemde Vogelaarakkoord vastgelegde nieuwe systematiek pakken iets hoger uit dan geraamd, zo blijkt uit cijfers van het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (LINH) van het NIVEL. Deze uitkomsten worden bevestigd door de gegevens van het landelijk informatiecentrum van de zorgverzekeraars, Vektis.

Zorggebruik
Ondanks het toegenomen aantal verrichtingen is sinds de invoering van de Zorgverzekeringswet het aantal contacten per patiënt slechts 1 tot 2% toegenomen. Het hogere aantal verrichtingen komt tot uitdrukking in een hoger aantal gedeclareerde lange consulten, lange visites en herhaalrecepten. In de nieuwe systematiek tellen lange consulten en visites dubbel, en voor een herhaalrecept mag de huisarts een half consult declareren. Hierdoor is het hogere aantal verrichtingen niet terug te vinden in een hoger aantal contacten per patiënt.

Dubbel consult
Het tarief voor een consult is nog niet de helft van het vroegere particuliere tarief. Dit verlaagt waarschijnlijk de drempel om dubbele consulten ook daadwerkelijk voor het dubbele tarief in rekening te brengen. NIVEL-onderzoeker Robert Verheij: “Huisartsen zijn zich waarschijnlijk bewuster geworden van wat ze kunnen en moeten declareren. Vroeger waren de ziekenfondsverzekerden goed voor 70% van de ‘contacten’ en deze contacten hoefden huisartsen niet te declareren en dat konden ze ook niet. Mogelijk zijn veel huisartsen door de introductie van het nieuwe systeem ook onzeker geweest over hun inkomsten en zijn ze voor de zekerheid alles gaan declareren.”

Verschillende gegevens
Naast de gegevens van LINH worden ook de gegevens van Vektis gebruikt voor de evaluatie van de stelselwijziging. Omdat LINH en Vektis gebruikmaken van verschillende gegevensbronnen, kunnen de uitkomsten iets afwijken. LINH gebruikt declaraties van huisartsen die te herleiden zijn tot patiënten, aandoeningen, verwijzingen, enzovoort. Vektis verzamelt bij de zorgverzekeraars gehonoreerde declaraties.