Programmaleider Zorgdata en het Lerend Zorgsysteem; bijzonder hoogleraar 'Transparantie in de zorg vanuit patiëntenperspectief', Tranzo, Tilburg University
Publicatie
Publicatie datum
Vooronderzoek verbetering kwaliteit huisartsenzorg in achterstandsgebieden grote steden.
Nielen, M., Verheij, R., Bakker, D. de, Devillé, W. Vooronderzoek verbetering kwaliteit huisartsenzorg in achterstandsgebieden grote steden. Utrecht: NIVEL, 2007. 78 p.
Download de PDF
Korter leven
De minister van Wonen, Wijken en Integratie heeft veertig achterstandswijken aangewezen die van probleemwijk moeten veranderen in prachtwijk. Het gaat vooral om onveilige wijken in de grote steden met veel overlast en een grotendeels sociaal-economisch zwakke bevolking. Er wonen vooral lager opgeleiden, mensen met een laag inkomen en ook relatief veel niet-westerse allochtonen. Lager opgeleiden leven gemiddeld korter dan hoger opgeleiden en brengen tien tot vijftien jaar minder lang door in goede gezondheid, dat is bekend. Ze hebben vaak meerdere en chronische aandoeningen. Deze grote verschillen in gezondheid worden vaak verklaard uit een ongezondere leefomgeving, ongezondere leefstijl, of kwalitatief minder goede zorg.
Migraine
Opmerkelijk is, dat als met al deze factoren rekening wordt gehouden, mensen in achterstandswijken toch nog vaker de huisarts bezoeken. Ze zijn ongezonder. Er is in achterstandswijken meer hoge bloeddruk, astma/COPD, migraine of maagpijn en er zijn meer medisch onverklaarbare klachten dan in vergelijkbare stadswijken, zo blijkt uit recent onderzoek van het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg). De achterstandswijk is zieker.
Oplossing
NIVEL-onderzoeker Walter Devillé: “Hoge bloeddruk, astma en COPD hangen samen met de leefstijl, bijvoorbeeld roken en voeding. Om de gezondheid in de achterstandswijken te verbeteren, moeten we ons om te beginnen concentreren op de leefstijl. En bij het opknappen van die wijken, moeten we dus ook de gezondheidszorg in die wijken versterken. Het meeste rendement valt te halen uit gerichte aanpak van de meest voorkomende aandoeningen die een extra last zijn voor patiënten en zorgverleners.”
Neveneffect
Door de slechtere gezondheid van de bewoners hebben de huisartsen in achterstandswijken een hogere werklast. Meer dan eenderde van de aandoeningen komt vaker voor én patiënten bezoeken de huisarts vaker voor deze klachten dan in andere wijken. Huisartsen en praktijkondersteuners in achterstandswijken hebben bovendien ook meer te maken met agressie en barrières in de communicatie en informatie. Zij zouden hierbij nog wel wat ondersteuning kunnen gebruiken. Sinds 1996 bestaat er al gericht beleid van de Landelijke Huisartsen Vereniging en Zorgverzekeraars Nederland om in achterstandswijken kwalitatief goede huisartsenzorg te behouden.
Onderzoek
Op initiatief van de werkgroep achterstandswijken van de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) vergeleek het NIVEL geregistreerde gegevens bij huisartsen in achterstandswijken met die in andere stedelijke gebieden in Nederland. Gegevens uit de LINH-praktijken zijn gekoppeld aan informatie van het CBS om inzicht te krijgen in etniciteit en informatie over de wijk. Het inventariseerde welke problemen er zijn, welke aandoeningen meer voorkomen, in welke groepen in de populatie die zich concentreren, en of dat meer werklast oplevert voor de huisartsen. De LHV en de huisartsenachterstandfondsen organiseerden onlangs de werkconferentie ‘Kopzorg of Topzorg’ om de resultaten van het onderzoek van het NIVEL te bespreken en naar oplossingen te zoeken.
De minister van Wonen, Wijken en Integratie heeft veertig achterstandswijken aangewezen die van probleemwijk moeten veranderen in prachtwijk. Het gaat vooral om onveilige wijken in de grote steden met veel overlast en een grotendeels sociaal-economisch zwakke bevolking. Er wonen vooral lager opgeleiden, mensen met een laag inkomen en ook relatief veel niet-westerse allochtonen. Lager opgeleiden leven gemiddeld korter dan hoger opgeleiden en brengen tien tot vijftien jaar minder lang door in goede gezondheid, dat is bekend. Ze hebben vaak meerdere en chronische aandoeningen. Deze grote verschillen in gezondheid worden vaak verklaard uit een ongezondere leefomgeving, ongezondere leefstijl, of kwalitatief minder goede zorg.
Migraine
Opmerkelijk is, dat als met al deze factoren rekening wordt gehouden, mensen in achterstandswijken toch nog vaker de huisarts bezoeken. Ze zijn ongezonder. Er is in achterstandswijken meer hoge bloeddruk, astma/COPD, migraine of maagpijn en er zijn meer medisch onverklaarbare klachten dan in vergelijkbare stadswijken, zo blijkt uit recent onderzoek van het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg). De achterstandswijk is zieker.
Oplossing
NIVEL-onderzoeker Walter Devillé: “Hoge bloeddruk, astma en COPD hangen samen met de leefstijl, bijvoorbeeld roken en voeding. Om de gezondheid in de achterstandswijken te verbeteren, moeten we ons om te beginnen concentreren op de leefstijl. En bij het opknappen van die wijken, moeten we dus ook de gezondheidszorg in die wijken versterken. Het meeste rendement valt te halen uit gerichte aanpak van de meest voorkomende aandoeningen die een extra last zijn voor patiënten en zorgverleners.”
Neveneffect
Door de slechtere gezondheid van de bewoners hebben de huisartsen in achterstandswijken een hogere werklast. Meer dan eenderde van de aandoeningen komt vaker voor én patiënten bezoeken de huisarts vaker voor deze klachten dan in andere wijken. Huisartsen en praktijkondersteuners in achterstandswijken hebben bovendien ook meer te maken met agressie en barrières in de communicatie en informatie. Zij zouden hierbij nog wel wat ondersteuning kunnen gebruiken. Sinds 1996 bestaat er al gericht beleid van de Landelijke Huisartsen Vereniging en Zorgverzekeraars Nederland om in achterstandswijken kwalitatief goede huisartsenzorg te behouden.
Onderzoek
Op initiatief van de werkgroep achterstandswijken van de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) vergeleek het NIVEL geregistreerde gegevens bij huisartsen in achterstandswijken met die in andere stedelijke gebieden in Nederland. Gegevens uit de LINH-praktijken zijn gekoppeld aan informatie van het CBS om inzicht te krijgen in etniciteit en informatie over de wijk. Het inventariseerde welke problemen er zijn, welke aandoeningen meer voorkomen, in welke groepen in de populatie die zich concentreren, en of dat meer werklast oplevert voor de huisartsen. De LHV en de huisartsenachterstandfondsen organiseerden onlangs de werkconferentie ‘Kopzorg of Topzorg’ om de resultaten van het onderzoek van het NIVEL te bespreken en naar oplossingen te zoeken.
Gegevensverzameling