Nieuws
Nieuw literatuuronderzoek naar gezondheidseffecten coronapandemie bevestigt belang inzicht in neveneffecten van de pandemie
De meest recente literatuurstudie van het Nivel en het RIVM naar de gezondheidseffecten van de coronapandemie toont opnieuw aan dat het voor beleidsmakers belangrijk is om tijdens een pandemie ook zicht te krijgen op mogelijke neveneffecten van beleid op volksgezondheid en welzijn. In hun beleidsvoering kunnen zij hier dan rekening mee houden.
De resultaten van deze recente literatuurstudie komen overeen met de eerdere twee die zijn uitgevoerd binnen de Integrale Gezondheidsmonitor COVID-19.
Bevestiging: coronapandemie slecht voor van fysieke én mentale gezondheid
Zo blijkt opnieuw dat de mentale gezondheid van jongeren is afgenomen en dat uitgestelde zorg door de coronapandemie negatieve gevolgen heeft gehad voor de gezondheid. Ook bekrachtigt het onderzoek dat een deel van de mensen na een coronabesmetting lange tijd klachten hield en dat de coronapandemie een negatief effect had op het sociale functioneren van mensen. Sommige groepen werden hierbij harder geraakt. De negatieve gevolgen van de pandemie waren het grootst bij groepen die voor de pandemie al kwetsbaar waren, zoals mensen met een lager inkomen en mensen met gezondheidsproblemen.
Meer onderzoek naar langetermijneffecten
De bestudeerde onderzoeken omvatten vooral (de eerste helft van) 2021. Er is weinig wetenschappelijke literatuur gevonden over 2022. Daardoor is er nog weinig bekend over de langetermijneffecten van de pandemie.
Over het onderzoek
Het literatuuronderzoek is onderdeel van de Integrale Gezondheidsmonitor COVID-19 van het Netwerk Gezondheidsonderzoek bij Rampen (GOR). Dit netwerk bestaat uit het Nivel, het RIVM, het Nationaal Psychotrauma Centrum ARQ, de lokale GGD’en en GGD GHOR Nederland. Het project wordt namens het ministerie van VWS gesubsidieerd door ZonMw (Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie).
Bij het Nivel valt dit onderzoeksproject binnen het onderzoeksprogramma Rampen en Milieudreigingen van programmaleider prof. dr. Michel Dückers.