Aantal vrouwen met zwangerschapsdiabetes stijgt

Het aantal zwangere vrouwen met zwangerschapsdiabetes steeg in de periode 2015-2019. Waren er in 2015 nog 9.000 vrouwen met zwangerschapsdiabetes bekend in de Nederlandse huisartsenpraktijken; in 2019 was dat aantal opgelopen naar ruim 12.000. Dit blijkt uit een recente studie van het Nivel in opdracht van het Diabetes Fonds.

Mogelijke verklaringen voor de toename in zwangerschapsdiabetes zijn volgens de onderzoekers een betere screening en een stijgend aantal zwangerschappen bij oudere vrouwen. Zwangerschapsdiabetes kan bij de geboorte tot complicaties leiden. Daarnaast krijgen deze vrouwen daarna vaker diabetes type 2 en hebben ook hun kinderen een verhoogde kans op het krijgen hiervan.

Vaker zwangerschapsdiabetes op latere leeftijd

Vooral vrouwen die op latere leeftijd zwanger zijn, hebben meer kans om deze vorm van diabetes te krijgen. In 2019 had 6,5% van de zwangere vrouwen in de leeftijd van 30-34 jaar zwangerschapsdiabetes. Van de vrouwen tussen de 40-44 jaar was dat bijna 20%.

Minder insuline gespoten

Hoewel het aantal vrouwen met zwangerschapsdiabetes de laatste jaren is gestegen nam het percentage vrouwen dat insuline nodig heeft om de bloedsuikerwaarden op peil te houden af. Zo kreeg in 2015 ruim 32% van de vrouwen met zwangerschapsdiabetes insuline voorgeschreven en in 2019 21%. Mogelijk speelt de betere screening hier een rol waardoor ook vrouwen met een mildere vorm van zwangerschapsdiabetes in beeld komen.

Het aandeel vrouwen met zwangerschapsdiabetes lijkt fors toe te nemen met de leeftijd. Zwangerschapsdiabetes blijft waarschijnlijk ook de komende jaren voor veel aanstaande moeders en hun kind een gezondheidsrisico. Het is daarom van belang om vrouwen bewust te maken van de risico’s, zeker vrouwen die op latere leeftijd nog zwanger willen worden.Dr. Chantal Leemrijseonderzoeker Huisartsgeneeskundige Zorg

Over het onderzoek

Het Nivel voerde dit onderzoek uit in samenwerking met het RIVM en CBS, in opdracht van het Diabetes Fonds in oktober 2020. Voor dit onderzoek werden gegevens gebruikt van de huisartsenregistratie van Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.