
Nieuws
31-05-2022
Gebruik medische zelftests blijft laag en is niet geassocieerd met een toename in huisartsenbezoeken
Gegevensverzameling
Medische zelftests, ook wel health checks genoemd, zijn tests waarmee burgers op eigen initiatief hun gezondheid kunnen (laten) onderzoeken. Voorbeelden zijn een total bodyscan, een cholesterolzelftest en een SOA-zelftest. Gebruik van deze tests geeft burgers meer verantwoordelijkheid over hun eigen gezondheid, maar kan ook leiden tot onnodige ongerustheid en een toename in zorggebruik. Uit onderzoek van het Nivel blijkt dat er in 2021 maar weinig gebruik werd gemaakt van de zelftests en dat de gevolgen voor de reguliere gezondheidszorg beperkt waren.
Over health checks of zelftests zijn al langere tijd maatschappelijke discussies gaande. In hoeverre wegen voordelen als meer eigen regie hebben en meer vat hebben op vroegopsporing van (risico) op ziekten en aandoeningen op tegen nadelen als het creëren van meer ongerustheid bij de patiënt en het toenemen van zorggebruik in zijn totaal? Met het in kaart brengen van het gebruik van health checks en de gevolgen voor de gezondheidszorg in 2021, hebben we het Nivel-onderzoek naar health checks van 2016 vervolg gegeven.
Van de ongeveer 1100 ondervraagde burgers van het Nivel Consumentenpanel Gezondheidszorg gaf 13% aan het afgelopen jaar een health check te hebben gedaan, waarbij coronazelftesten niet zijn meegenomen. De meeste health checks betroffen een (algeheel) bloed- of urineonderzoek en een bloeddrukmeting. De voornaamste redenen om een health check te doen waren ongerustheid over het hebben van een ziekte of aandoening en nieuwsgierigheid. Het percentage burgers dat gebruikmaakt van een health check lijkt redelijk stabiel over de afgelopen jaren en we zien ook geen sterke toename door corona.
Uit onderzoek met huisartsengegevens uit Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn bleek dat de gezondheid van mensen die een health check doen minder was dan die van algemene bevolking. Ook bleken zij vaker de huisarts te bezoeken. Uit het vragenlijstonderzoek bleek bovendien dat de uitslag van de test in sterke mate bepaalt of er een vervolgactie wordt ondernomen. Als de uitslag niet afwijkend is, wordt er geen vervolgactie ondernomen en bij een afwijkende uitslag brengt een klein deel (9%) van de ‘health checkers’ een bezoek aan de huisarts. Dit verschilt overigens niet ten opzichte van 2016.
Resultaten huisartsenenquête: aantal health checks in 2016 en 2021 verschillen nauwelijks
Als je de grafiek hieronder bekijkt, valt het volgende op:
Geschatte aantal patiënten per jaar dat de huisarts bezoekt naar aanleiding van een health check in 2016 (links, n=244 huisartsen) en 2021 (rechts, n=111 huisartsen)
Verder valt te vermelden:
Hoewel het zorggebruik naar aanleiding van uitgevoerd health check beperkt is, hebben huisartsen een kritische houding ten aanzien van het gebruik van health checks door de burger en zien zij met name de negatieve kanten ervan. In een enquête die we onder huisartsen die deelnemen aan Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn hielden, gaf 79% aan het (helemaal) eens te zijn met de stelling 'Health checks zorgen voor onnodige ongerustheid bij burgers' en was 77% het (helemaal) eens met de stelling 'Er moet een strengere controle komen op het aanbod van health checks'.
We hebben, net als bij het eerdere onderzoek over health checks in 2016, gebruikgemaakt van verschillende bronnen en methodes: naast (1) panelonderzoek met het Nivel Consumentenpanel Gezondheidszorg, hebben we (2) huisartsengegevens van Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn gebruikt en ten slotte hebben we (3) een enquête gehouden onder huisartsen aangesloten bij Nivel Zorgregistraties Eerste lijn. Door deze bronnen te combineren hebben we het burgerperspectief, huisartsperspectief en de eventuele gevolgen voor (eerstelijns)zorg in kaart gebracht.